Het verhaal deel 2: Jan Binnes

Kollumer Oproer: het verhaal

Deel 2: Jan Binnes

Het Kollumer oproer
Oranje-galgen-gespuis werden ze genoemd en lievelingen van Willem. Oranjegebroedsel was een andere bijnaam voor de mensen die tijdens het Kollumer Oproer hun vuisten balden tegen de dienstplicht. Toen werden ze gezien als muitelingen en oranje-schreeuwers, maar later werden ze de helden van de Wâlden: de leiders van het oproer Jan Binnes en Salomon Levy.

© door: Atsje de Vries

Wie was Jan Binnes?
In december 1794 marcheren de Franse generaal Jean-Charles Pichegru en zijn troepen Nederland binnen. Het wordt verboden de Oranjes te vereren én om ‘Oranje boven!’ te roepen. Jan Binnes is dan 51 jaar en sinds 1786 huurboer aan de Koningsweg in Oudwoude (nu Veenklooster). Hij heeft vijf koeien, drie paarden en ruim zeven hectare bouwland. Jan Binnes is zeer Oranjegezind. Dat Willem V is verbannen naar Engeland verandert daar niets aan.

Oranje boven!
In de Franse tijd verandert er veel op bestuurlijk en maatschappelijk vlak. Zo wordt als voorbereiding op de dienstplicht geregistreerd welke mannen dienstplichtig zijn en dat valt bij Jan Binnes en vele anderen verkeerd. In januari 1797 worden de mannen uit de dorpen rondom Kollum geregistreerd. Onderling spreken de Oranjegezinden af het registratiesysteem te ontwrichten. Oók Abele Reitses uit Burum weigert zich te laten registreren en roept ‘Oranje boven!’ op zijn terugtocht. Hij wordt direct gevangen genomen.

‘Binne hjir ek duvels yn’t hea?’
Enkele honderden Oranjegezinden trekken vervolgens naar Kollum. Samen met anderen dringt Jan Binnes met een sabel in zijn hand het rechthuis binnen, bedreigt de voorzitter van het gerecht met de dood en bevrijdt Abele Reitses. Een dag later worden 168 oproerkraaiers opgepakt en gevangen gezet in het grootste gebouw van Kollum: de kerk. Dezelfde dag nog worden ze bevrijd door medestanders. Hierna gaat een groep onder leiding van Jan Binnes naar Kollumer Vallaat, waar provinciaal bestuurder Abele Keuning woont. Er wordt geroofd en geplunderd, maar Abele Keuning wordt niet gevonden. Volgens de overlevering ziet hij de gewapende menigte aankomen en verstopt hij zich bij de paarden in de hooiruif. Hij beleeft er spannende minuten, want Jan Binnes steekt zelfs nog met een hooivork in het hooi. ‘Binne hjir ek duvels yn’t hea?’

Gewapend met een hooivork
Een paar dagen later wordt Jan Binnes gearresteerd. Volgens de verhalen nadat hij zich nog drie dagen lang met slechts een hooivork verdedigt tegen een hele ploeg patriotten. Als zij hem uiteindelijk te pakken krijgen, binden ze hem aan de staart van een paard en trekken hem zo naar Leeuwarden. Een eerlijk proces krijgt Jan Binnes niet, hij wordt als leider van het oproer ter dood veroordeeld. Omdat het oproer een spontane actie is, zijn er nooit écht leiders benoemd. De brutaalsten liepen waarschijnlijk voorop en vielen de patriotten het meeste op. Zij zochten vervolgens naar een zondebok om een voorbeeld te stellen voor de rest én om de bestuurders in Den Haag te laten zien hoe er in Friesland met oproerkraaiers werd omgegaan. Dat Jan Binnes opviel is hem dus fataal geworden.

Want op 18 februari 1797 wordt Jan Binnes onthoofd. Het is op een zaterdag, marktdag en dus druk in de Friese hoofdstad. Daardoor zijn er enkele duizenden mensen getuige van de terechtstelling. Zij zien ook dat de 70-jarige beul Van Gorcum te zwak is om het zware zwaard te hanteren. Uiteindelijk voltrekt justitiemedewerker Hendrik Gjalts het vonnis. Het is voor Gjalts hoogstwaarschijnlijk niet de eerste keer dat hij Jan Binnes ziet. Hij was er namelijk ook bij tijdens het Kollumer Oproer. Jan Binnes laat een vrouw en vijf kinderen achter.

De Jan Binneswei
In 1953, omdat de bevolkingsadministratie gemechaniseerd wordt, moeten er straatnamen komen. Een commissie adviseert in Oudwoude Jan Binnes te vernoemen. Hoewel een aantal bewoners tegen is, omdat er aan Jan Binnes al genoeg aandacht is besteedt, komt de straatnaam er toch. De commissie verandert uiteindelijk wel de locatie. Eerst zou de straat vanaf de Kruisweg vernoemd worden, maar uiteindelijk besluiten ze de naam van de Smidsweg te veranderen in de Jan Binneswei.

Met dank aan: Oebele Vries en Historisch Informatiecentrum Noordoost Fryslân